Wanneer wel of geen jargon op website

Mag jargon of vaktaal nu wel of niet op je website. Dat verschilt. Soms is het reuzeslim en ben je daardoor juist de expert. Soms schrikt het af. Het gaat dus niet om je dienst. Het gaat om je lezer. Ik pleit al jaren dat jargon mág in bepaalde branches.

Als je je richt op boeren, heb je het over het land en het perceel, niet over het weiland, maar hooguit de wei op. Zo zet je paarden ook ‘op stal’, niet ‘in de stal’. Basisjargon voor je doelgroep is super geschikt voor je webtekst. Juist door die woorden te gebruiken, laat je zien dat je weet wat er leeft, dat je in dezelfde belevingswereld zit, zeg maar.

Maar het kan je in de weg zitten als jij heel technisch denkt, omdat je veel met technische mensen werkt… maar jouw klant is de beslisser en dat is de Algemeen Directeur. Of de inkoper. Dan moet je er al voor uitkijken dat het niet te technisch wordt allemaal. En dan mag er wel wat meer aandacht in de tekst zijn voor beleidsmatige aspecten, voor implementatie, personeelsdruk… dus breder dan jouw dienst alleen.

En dan is er nog een derde aspect en die vergeten we vaak.

Dat derde punt is dat je blijft denken vanuit jezelf. En niet vanuit het zoekgedrag van je lezer.
Je denkt dan vanuit jouw oplossing. Terwijl de klant een wens heeft die net anders wordt verwoord. Het gaat om details hoor. Maar ze kunnen enorm uitmaken voor je vindbaarheid in Google.
Ik heb een klant die fabrieken helpt om hun energieverbruik te verminderen.
Zelf noemt hij dat steevast: energieverbruik terugdringen.
Ik noem het verminderen.
Maar wat denk je dat die klant wil? Die klant betaalt zich blauw. En bij betalen, denk je aan geld. Bij geld denk je aan besparen. En dus zal die klant ook zoeken op: energie besparen.
De inhoud is hetzelfde. Het woord is anders.

Soms is het slim om met een Google Campagne te gaan adverteren op dat ene andere woordje omdat je concurrent daar (nog) niet op zit en jij dus hoog kunt komen in Google.
En soms wissel je juist op je homepage het woord in voor een ander omdat je dan dichterbij het taalgebruik en zoekgedrag van je klant zit.

Als je me niet gelooft, kijk dan eens wat er met jezelf gebeurt als iemand vraagt naar jouw ‘bedrijfje’. Of je hebt een megastoere boot of leuke hond en die noemen ze ‘bootje’, of ‘hondje’.
Zó irritant is het ook als iemand die zégt dat hij jou kan helpen, nét dat ene woord gebruikt wat niet in jouw lijn ligt.
Wees er scherp op. En laat anders eens iemand kritisch naar je site kijken. Je webbouwer haalt dit er niet uit. Je klant ook niet. Maar een collega of oud-ondernemer uit je eigen branche? Die zijn ideaal!