Tekstblunders: we maken ze allemaal. Toch zijn er woorden die je heel vaak gebruikt, en die je dus maar beter even goed in je hoofd kunt printen – of je hangt ze op in de buurt van je computer.

Mijn favoriete top 10:

Bijna te voor de hand liggend is ‘Ik ben groter als hem’. Dat zeg je alleen als je in bepaalde buurten bent opgegroeid. ‘Als hem’ wordt dan ook wel uitgesproken ‘as hemmes’. Dat wil je vast niet, dus gebruik je gewoon ABN en zeg je: ik ben groter dan jij, of even groot als.

Lekker helder

In de categorie ‘niet doen’ valt het gebruik van ‘ik heb zoiets van’
Het is een quasi verlegen manier om te zeggen wat je vindt. Zeg het dan gewoon, of gebruik woorden als ‘misschien’ of ‘waarschijnlijk’ om je twijfel aan te geven. En nee, dat is niet brutaal, maar gewoon lekker helder.

Frustrerend

Een blijvende ergernis, veel gezien bij de jongere generatie: het verkeerde naamwoord bij ‘je irriteren aan’. Het is: ‘je ergert je aan’, of: iets irriteert jou, of hem, of haar, zonder voorzetsel.  

Met streepje

Ook e-mailen blijft een lastige, zeker als het verleden tijd wordt. Het is met streepje en volledig in het Nederlands. Hij e-mailt dus, of e-mailde. En de brief is al ge-e-maild.
Zonder puntjes op de e. Die dubbele streepjes, ach, die nemen we voor lief. Omdat het zoveel sneller is dan die oude postduif of de fax.

Kip of ei 

Leiden/lijden, peiler/pijler, twijfelen/weifelen, wijd/weids, vlijen of vleien. Het mag allemaal, maar mix & match is hier niet de bedoeling. Nog even op een rijtje:

  1. Leiden is dus voorbehouden aan de leider, die ook wel eens pijn lijdt
  2. De pijler heb je nodig als hoeksteen voor het gezin, waar je geen enquête nodig hebt om de stemming te peilen. 
  3. Twijfelen doe je als je het nog niet weet, weifelen is vooral uitstellen van gedrag. Tweifelen is streng verboden.
  4. Weids is het vrije uitzicht over weilanden of water, iets wijds draag je als je je figuur graag wilt camoufleren. Weidelijk is dan weer uitsluitend voorbehouden aan jagers, mits die netjes volgens het boekje van de KNJV jagen.
  5. Vleien mag best als je een wit voetje wilt halen, maar om jezelf daarbij tegen iemand aan te vlijen, dat gaat toch meestal net een stap te ver. 

Op een (on)bewoond eiland

Als je getrouwd bent met een eilander, leer je al snel af om te zeggen dat je in Ameland bent, of in welk ander eiland dan ook… Je zit er op, totdat de boot je terugvaart en jij weer voet aan vaste wal zet. 

Niet dubbelop

Uitprinten; het zou verboden moeten worden. Printen is meer dan genoeg, hoewel uitzetten daarna wel stroom bespaart.

Te vaak gebeurd

‘Het gebeurd’ zie je zo vaak tegenwoordig, dat je bijna zou denken dat het zo hoort. Mijn theorie is dat het extra vaak mis gaat met juist dit woord, omdat je het vaak gebruikt in de verleden tijd, als het al is gebeurd. Maar die ene keer dat het zich dan in het NU afspeelt, gebeurt er iets, en dat vraagt net zo goed om een –t op het eind als ‘hij verklaart’ en ‘hij ontwikkelt’.

Duitse kwinkslag

Tja, en dan dat woord ‘überhaupt’… Daar is gewoon geen Nederlands woord voor. Een aardig alternatief is sowieso, zelfs goedgekeurd door het witte boekje en de Dikke van Dale, maar ook dat blijft een vreemde eend met die twee s-jes.

Kleine ondernemers:  kleine letter

Ben je ondernemer, dan doe je wellicht zaken met zzp’ers. Dat woord is zo ingeburgerd dat het niet in hoofdletters hoeft en evenmin met punten ertussen. Zelf heb ik altijd de neiging om zzp-er te schrijven. Maar dat streepje verbindt alleen twee echte woorden, en dat is hier niet aan de orde. Daarom schrijf je ook ‘A4’tje’ met een hoge komma, totdat je er een compleet woord achter plakt: ‘A4-formaat’ is dus wel met een streepje. 

Bij twijfel?
Niet mixen, niet gokken, niet blindelings kiezen, maar gewoon even googelen. Ook dat woord staat in de Dikke van Dale trouwens….